infodemie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·fo·de·mie
Woordherkomst en -opbouw
- Samentrekking van informatie en epidemie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | infodemie | infodemieën infodemies |
verkleinwoord | infodemietje | infodemietjes |
Zelfstandig naamwoord
de infodemie v
- het snel verspreiden van vaak onjuiste informatie in grote hoeveelheden
- Door de infodemie weten veel mensen niet meer waar ze aan toe zijn en hebben ze een verkeer beeld gekregen van wat er aan de hand is.