hingen los

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hin·gen los
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
loshangen

hingen los

  1. meervoud verleden tijd van loshangen
    • Wij hingen los. 
    • Jullie hingen los. 
    • Zij hingen los. 


Gangbaarheid