hieuwen in

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hieu·wen in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inhouwen

hieuwen in

  1. meervoud verleden tijd van inhouwen
    • Wij hieuwen in. 
    • Jullie hieuwen in. 
    • Zij hieuwen in. 


Gangbaarheid