hermeneutisch

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·me·neu·tisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen hermeneutisch hermeneutischer
verbogen hermeneutische hermeneutischere
partitief hermeneutisch hermeneutischers -

Bijvoeglijk naamwoord

hermeneutisch

  1. (religie) de uitleg van een (religieuze) tekst betreffend
     Het deputatenrapport dat ruimte ziet voor vrouwelijke ambtsdragers oogst weinig bijval van synodeleden van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV). Dat bleek zaterdag tijdens de synodevergadering in Ede. Afgevaardigden zijn kritisch over de „hermeneutische bocht” die genomen wordt.[1]
     Het verschijnen van de bundel ”Gereformeerde hermeneutiek vandaag” markeert een belangrijk moment voor de Theologische Universiteit (TU) Kampen, maar ook voor heel de gereformeerde gezindte. In deze bundel wordt overtuigend betoogd dat we ons niet meer aan hedendaagse hermeneutische vragen kunnen onttrekken.[2]
     Is Jona nu echt in de vis geweest of niet? De inleiding van dr. A. Noordegraaf, ”Hermeneutische vragen in de omgang met de Heilige Schrift”, leidde donderdagmiddag in Doorn tot een hartstochtelijk debat. Over de wonderboom, over de vis, over Genesis 1. „Ben jij erbij geweest?”[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Weinig bijval voor GKV-rapport vrouw” (19 mei 2014), Reformatorisch Dagblad
  2. Bronlink Weblink bron
    Prof. dr. A. Huijgen
    “Lees de Bijbel niet alleen met jezelf mee maar vooral ook tegen jezelf in” (6 oktober 2017), Reformatorisch Dagblad
  3. Bronlink Weblink bron “Hartstochtelijk in debat over Jona, vis en schepping” (10 januari 2003), Reformatorisch Dagblad