grijskeelbospatrijs
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- grijs·keel·bos·pa·trijs
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van grijs bn, keel zn en bospatrijs zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | grijskeelbospatrijs | grijskeelbospatrijzen |
verkleinwoord | grijskeelbospatrijsje | grijskeelbospatrijsjes |
Zelfstandig naamwoord
de grijskeelbospatrijs m
- (hoendervogels) Dendrortyx barbatus een vogel uit de familie Odontophoridae . De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1846 door John Gould
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'grijskeelbospatrijs' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.