grijnt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- grijnt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
grijnen |
grijnt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grijnen
- Jij grijnt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grijnen
- Hij grijnt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van grijnen
- Grijnt!
Gangbaarheid
- Het woord 'grijnt' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.