graatspar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- graat·spar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van graat zn en spar [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | graatspar | graatsparren |
verkleinwoord | graatsparretje | graatsparretjes |
Zelfstandig naamwoord
de graatspar m
Gangbaarheid
- Het woord 'graatspar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.