goudmijn

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

[1] goudmijn in Australië
Uitspraak
Woordafbreking
  • goud·mijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord goudmijn goudmijnen
verkleinwoord goudmijntje goudmijntjes

Zelfstandig naamwoord

de goudmijnv / m

  1. een plaats waar men goud uit de grond haalt
    • In Zuid-Afrika zijn veel goudmijnen. 
     De illegalen komen uit het dorpje Nieuw Koffiekamp, niet ver van de goudmijn. Ze vinden dat ook zij recht hebben om te mijnen in het concessiegebied van Iamgold. De leiding van bedrijf heeft nog niet op de onrust in het gebied gereageerd.[1]
  1. een bron van grote rijkdom welvaart
    • De winkel in het centrum van de stad was de goudmijn voor de hele familie. 
     De vastgoedmaatschappij was dus in de huidige conjunctuur een enorm verborgen kapitaal, een vergeten en slapende goudmijn.[2]

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 april 2023 Weblink bron
    Harmen Boerboom
    “Dode bij rellen met illegale goudzoekers bij Surinaamse goudmijn” (Maandag 29 juli 2019, 20:20), NOS
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044645149
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be