gooit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gooit

Werkwoord

vervoeging van
gooien

gooit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gooien
    • Jij gooit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gooien
    • Hij gooit. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van gooien
    • Gooit! 
     Alles is met elkaar verbonden en reageert op elkaar, vertelde hij, net zoals de rimpelingen in het water als je er een steen in gooit.[1]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia