geef les
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- geef les
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
lesgeven |
geef les
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lesgeven
- Ik geef les.
- gebiedende wijs van lesgeven
- Geef les!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lesgeven
- Geef je les?
Gangbaarheid
- Het woord geef les staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.