gecombineerd
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gecombineerd (hulp, bestand)
- IPA: /ɣəˌkɔmbiˈnert/
Woordafbreking
- ge·com·bi·neerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van combineren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | combineren… |
verbogen vorm: | gecombineerde |
gecombineerd
- voltooid deelwoord van combineren
- ▸ De politie wil zakkenrollers en winkeldieven vangen met computerdata. De gegevens van nummerborden, telefoons en gps worden straks beter gecombineerd. De proef, met de TU Eindhoven, loopt nu in Roermond.[1]
stellend | |
---|---|
onverbogen | gecombineerd |
verbogen | gecombineerde |
partitief | gecombineerds |
Bijvoeglijk naamwoord
gecombineerd
- samengevoegd, met elkaar een geheel vormend
Gangbaarheid
- Het woord gecombineerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Politie wil zakkenrollers en plofkrakers vangen met data” (Maandag 17 september 2018, 10:08), NOS