frontstore
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: frontstore (hulp, bestand)
Woordafbreking
- front·store
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van front en store [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | frontstore | frontstores |
verkleinwoord | frontstoretje | frontstoretjes |
Zelfstandig naamwoord
- door de politie opgezet nepbedrijf, als val voor criminelen
Gangbaarheid
- Het woord 'frontstore' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.