fricandeau
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fricandeau (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fri·can·deau
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘stuk vlees’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1765 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fricandeau | fricandeaus |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de fricandeau m
- (voeding) een vleeswaar vervaardigd van mager vlees van het achtereind van een varken
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord fricandeau staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fricandeau" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
55 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "fricandeau" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be