forpakteren

Uit WikiWoordenboek

Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • for·pak·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse zelfstandignaamwoordsvorm met het voorvoegsel for-, met het achtervoegsel -er en de woorduitgang -en
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

forpakteren

  1. nominatief bepaald mannelijk enkelvoud van forpakter