fonemisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- fo·ne·misch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | fonemisch | fonemischer | |
verbogen | fonemische | fonemischere | |
partitief | fonemisch | fonemischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
fonemisch [1]
- met betrekking tot een foneem
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'fonemisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.