floten uit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flo·ten uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitfluiten

floten uit

  1. meervoud verleden tijd van uitfluiten
    • Wij floten uit. 
    • Jullie floten uit. 
    • Zij floten uit. 


Gangbaarheid