fadede uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fadede uit (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fade·de uit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitfaden |
fadede uit
- enkelvoud verleden tijd van uitfaden
- Ik fadede uit.
- Jij fadede uit.
- Hij, zij, het fadede uit.
- Ik fadede uit.
Gangbaarheid
- Het woord fadede uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.