elektrische locomotief
Uiterlijk
- elek·tri·sche lo·co·mo·tief
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elektrische locomotief | elektrische locomotieven |
verkleinwoord | elektrische locomotiefje | elektrische locomotiefjes |
de elektrische locomotief v / m
- (spoorwegen), (verkeer) een locomotief met een elektrische motor als een energiebron
- Dat daar is een elektrische locomotief.
1. een locomotief met een elektrische motor als een energiebron
- Het woord 'elektrische locomotief' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.