dumpa

Uit WikiWoordenboek

Noors

Woordafbreking
  • dum·pa
Naar frequentie 30334

Werkwoord

dumpa

  1. verleden tijd van dumpe
  2. voltooid deelwoord van dumpe
Schrijfwijzen

Zelfstandig naamwoord

dumpa, v

  1. bepaalde vorm nominatief enkelvoud van dump
Schrijfwijzen

Zelfstandig naamwoord

dumpa, mv

  1. bepaalde vorm nominatief meervoud van dump (enkelvoud onzijdig)
Schrijfwijzen


Nynorsk

Woordafbreking
  • dum·pa

Werkwoord

dumpa

  1. onbepaalde wijs, tweede vorm naast dumpe, zie aldaar

dumpa

  1. verleden tijd van dumpa
  2. voltooid deelwoord van dumpa

dumpa

  1. gebiedende wijs van dumpa
Schrijfwijzen

Werkwoord

dumpa

  1. verleden tijd van dumpe
  2. voltooid deelwoord van dumpe

dumpa

  1. gebiedende wijs van dumpe
Schrijfwijzen