drankfles

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  drankfles    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• drank·fles

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  drank zn  en  fles zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	drankfles	drankflessen
verkleinwoord	drankflesje	drankflesjes

Zelfstandig naamwoord

de drankfles v / m

1. fles waarin een drinkbare vloeistof bewaart kan worden

   ▸ Toch neuzen de miljoenen toeristen die de necropool jaarlijks bezoeken vooral rond tussen de mastodontische graven op zoek naar Oscar Wilde, Édith Piaf en Jim Morrisson, op wiens graf altijd wel een lege drankfles te vinden is.

   ▸ Een andere katholieke school stond gisteren voor de rechter omdat ze vijf meisjes weren van hun diploma-uitreiking. De tieners staan in een bikini op de foto op Facebook. Op een andere foto rookt een van de meisjes en houdt een drankfles vast. De foto's zijn genomen op een 'sweet sixteen'-feestje op het strand. Immoreel, onfatsoenlijk, obsceen en onzedelijk, vindt de schoolleiding. Die noemde de jongedames 'sletten'.

Hyponiemen

• frisdrankfles

Gangbaarheid

• Het woord drankfles staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.