drankenhandel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  drankenhandel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• dran·ken·han·del

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  drank zn  en  handel zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	drankenhandel	drankenhandels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de drankenhandel m

1. bedrijf dat dranken aan de eindgebruiker verkoopt

   ▸ Eus Peters van de Vereniging Drankenhandel Nederland geeft aan dat het lastig blijft. "De uitvoering is ingewikkeld. Het zijn niet je eigen mensen die de controle aan de voordeur doen. Dat heb je als webwinkel uitbesteed."

   ▸ Maar de chauffeur had niets in de gaten en reed nog twintig kilometer door, meldt de politie. De politie kon hem echter makkelijk opsporen door het spoor van bier. Bij een drankenhandel in Wesel werd de man uiteindelijk gepakt.

   ▸ Directeur Peters van de Vereniging Drankenhandel Nederland zegt dat er nog allerlei conceptversies van het akkoord "heen en weer" gaan en dat er nog van alles kan veranderen. Volgens hem is het de bedoeling om het akkoord op 29 oktober te ondertekenen. Ook Haagse bronnen benadrukken dat er voorlopig nog geen definitief plan ligt.

Synoniemen

• drankhandel

Gangbaarheid

• Het woord 'drankenhandel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.