dienstwisseling
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dienst·wis·se·ling
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dienst zn en wisseling zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dienstwisseling | dienstwisselingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de dienstwisseling v
- het overdragen van een dienst aan één of meerdere personen die de taken van de dienst overnemen
- ▸ "Test missile alert" en "Missile alert", oftewel "test raketalarm" en "raketalarm". Tussen deze twee opties in een uitklapmenu koos een werknemer van de Hawaii Emergency Management Agency (HEMA) zaterdagochtend bij een dienstwisseling de verkeerde. Dat zei een woordvoerder tegen The Washington Post.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'dienstwisseling' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “In Hawaï zijn nu twee mensen nodig om te waarschuwen voor een raket” (Maandag 15 januari 2018, 16:20), NOS