dankje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dank·je
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | - | - |
verkleinwoord | dankje | dankjes |
Zelfstandig naamwoord
het dankje o dim. tant.
- een dankwoord
- Er kon nog geen dankje van af.
Zelfstandig naamwoord
het dankje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord dank
Gangbaarheid
- Het woord dankje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.