committeert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • com·mit·teert

Werkwoord

vervoeging van
committeren

committeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van committeren
    • Jij committeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van committeren
    • Hij committeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van committeren
    • Committeert!