collegelid

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • col·le·ge·lid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord collegelid collegeleden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het collegelido

  1. iemand die lid is van een bestuursorgaan
     De gemeentelijke directie wordt verweten dat het rapport toen het beschikbaar kwam in juni 2019 niet direct aan de wethouders is voorgelegd. "Het heeft hen aan bestuurlijke sensitiviteit ontbroken." Toch had ieder collegelid kunnen weten dat er een onderzoek werd uitgevoerd, zeggen de onderzoekers.[1]
     De algemeen directeur van het Commissariaat, Suzanne Teijgeler, is vorige week vertrokken. Ook is er nog geen vervanger voor de vorige maand afgezwaaide voorzitter Madeleine de Cock Buning. Verder is een ander collegelid geschorst, waardoor er nog maar één bestuurder over is, Jan Buné. Die verzweeg bij zijn herbenoeming in 2018 voor de minister dat hij een berisping had gehad.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 4 april 2023 Weblink bron “Raadsleden Arnhem willen duidelijkheid na langslepend conflict diversiteitsrapport” (Maandag 8 februari 2021, 17:38), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 4 april 2023 Weblink bron “'Chaos en onveilige cultuur bij Commissariaat voor de Media'” (Woensdag 17 juli 2019, 00:47), NOS