carbid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- car·bid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | carbid | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het carbid o
- (scheikunde) verkorting van calciumcarbid, CaC2
Schrijfwijzen
- "karbied, carbied e.d." zijn geen toegelaten spelling meer
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. carbid
Gangbaarheid
- Het woord carbid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "carbid" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
22 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "carbid" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ carbid op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be