budgetneutraal

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bud·get·neu·traal
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen budgetneutraal budgetneutraler budgetneutraalst
verbogen budgetneutrale budgetneutralere budgetneutraalste
partitief budgetneutraals budgetneutralers -

Bijvoeglijk naamwoord

budgetneutraal

  1. van een maatregel dat deze evenveel kost als hij oplevert
     Uit die documenten blijkt volgens de CDA'er dat ProRail al sinds 2012 schreeuwt om de aandacht van Mansveld. "Het bedrijf zegt in de stukken: het gaat niet goed, help ons. En de staatssecretaris heeft alleen maar tegen de Kamer gezegd dat alles goed is en dat alles budgetneutraal kan."[1]
     In Ede is de afgelopen twee jaar gekeken naar de kosten van de nieuwe maaltijdservice. Het blijkt dat het niet duurder is dan de 'traditionele' manier van koken in het ziekenhuis. "Eerst gooiden we veel eten weg, dat is nu niet meer het geval. Het geld dat we daarmee bespaarden hebben we in dit systeem geïnvesteerd en nu draaien we budgetneutraal", zegt Zeller. Ze verwacht dat het systeem in de toekomst geld gaat besparen.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “'Mansveld heeft veel uit te leggen vandaag'” (Dinsdag 29 september 2015, 11:24), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “A-la-carte eten in het ziekenhuis bespaart geld” (Woensdag 12 november 2014, 21:40), NOS