bonte ribbelboktor
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bon·te rib·bel·bok·tor
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van bonte en ribbelboktor
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bonte ribbelboktor | bonte ribbelboktorren |
verkleinwoord | bont ribbelboktorretje | bonte ribbelboktorretjes |
Zelfstandig naamwoord
- (kevers) Rhagium bifasciatum een soort uit de familie van de boktorren (Cerambycidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd in 1775 door Fabricius
Synoniemen
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'bonte ribbelboktor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.