bijpassende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bijpassende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bij·pas·sen·de
Bijvoeglijk naamwoord
bijpassende
- verbogen vorm van de stellende trap van bijpassend
- ▸ Hierna produceerde hij een bijpassende glimlach in de richting van de vragensteller.[1]
Werkwoord
vervoeging van: | bijpassen |
bijpassende
- verbogen vorm van bijpassend, het onvoltooid deelwoord van bijpassen