betreurden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: betreurden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·treur·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
betreuren |
betreurden
- meervoud verleden tijd van betreuren
- Wij betreurden.
- Jullie betreurden.
- Zij betreurden.
- Wij betreurden.