beschelpt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·schelpt
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van beschelpen: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
beschelpen |
beschelpt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschelpen
- Jij beschelpt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beschelpen
- Hij beschelpt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van beschelpen
- Beschelpt!
vervoeging van: | beschelpen… |
verbogen vorm: | beschelpte |
beschelpt
- voltooid deelwoord van beschelpen
Gangbaarheid
- Het woord beschelpt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.