begeleidende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·ge·lei·den·de
Bijvoeglijk naamwoord
begeleidende
- verbogen vorm van de stellende trap van begeleidend
Werkwoord
vervoeging van: | begeleiden |
begeleidende
- verbogen vorm van begeleidend, het onvoltooid deelwoord van begeleiden
- ▸ Want er waren geen begeleidende verwijten bij de beelden die ze nu voor zich zag.[1]