bandyschaats

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ban·dy·schaats
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bandyschaats bandyschaatsen
verkleinwoord bandyschaatsje bandyschaatsjes

Zelfstandig naamwoord

de bandyschaatsv / m

  1. schaats speciaal gemaakt voor het spelen van bandy (een voorloper van ijshockey)
     Wanneer de bel voor de pauze ging trokken we de veters strak en klosten meteen het ijs op, de jongens op ijshockeyschaatsen, slechts enkele hadden nog oude bandyschaatsen met een punt van voren, de meisjes droegen witte kunstschaatsen.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044632767