baarmoederkanker

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • baar·moe·der·kan·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord baarmoederkanker
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de baarmoederkankerm

  1. (medisch) kwaadaardige afwijking ontstaan uit het slijmvlies van de baarmoeder
     Minister Schippers wil zo snel mogelijk een onderzoek van de Gezondheidsraad naar mogelijke belangenverstrengeling bij het nieuwe bevolkingsonderzoek naar baarmoederkanker.[2]
     "Uit eerder onderzoek weten we dat vrouwen met structureel verhoogde concentraties vrouwelijke geslachtshormonen vaker borstkanker, eierstokkanker, baarmoederkanker en melanoom – een vorm van huidkanker – krijgen", vervolgt Van Leeuwen. Het lijkt er nu dus op dat tijdelijke hormoonpieken van ivf-behandelingen het risico op borstkanker niet blijvend verhogen.[3]
     Honderden patiënten met baarmoederkanker hebben in een kliniek in Maastricht mogelijk een te lage dosering straling gekregen. Bij de behandeling worden kleine radioactieve deeltjes ingebracht en door een rekenfout gebeurde dat net op een verkeerde plek. De kliniek, Maastro Clinic, laat weten ernstig geschrokken te zijn en "ten zeerste te betreuren dat dit heeft kunnen gebeuren".[4]
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Schippers wil duidelijkheid belangenverstrengeling” (Zaterdag 13 juni 2015, 13:51), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Ivf-behandeling leidt niet tot meer borstkanker” (Dinsdag 19 juli 2016, 18:00), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Fouten bij bestraling patiënten” (Dinsdag 24 juni 2014, 14:01), NOS