aten af

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aten af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afeten

aten af

  1. meervoud verleden tijd van afeten
    • Wij aten af. 
    • Jullie aten af. 
    • Zij aten af. 


Gangbaarheid