adsorbeerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: adsorbeerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ad·sor·beer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
adsorberen |
adsorbeerde
- enkelvoud verleden tijd van adsorberen
- Ik adsorbeerde.
- Jij adsorbeerde.
- Hij, zij, het adsorbeerde.
- Ik adsorbeerde.