achelt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • achelt

Werkwoord

vervoeging van
achelen

achelt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van achelen
    • Jij achelt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van achelen
    • Hij achelt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van achelen
    • Achelt!