Wajonger

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  Wajonger    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• Wa·jong·er

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van Wajong met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	Wajonger
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Wajonger m

1. iemand met een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten

   ▸ Door de plannen van staatssecretaris Klijnsma moet iedereen met een Wajong-uitkering nu opnieuw gekeurd worden. Die herkeuringen zijn niet helemaal nieuw, ook op dit moment kan je als Wajonger opnieuw gekeurd worden. Wel hangt dit af van het feit of je onder de oude of nieuwe Wet Wajong valt.

   ▸ De staatssecretaris reageerde in de Tweede Kamer op een oproep van de PvdA "om niet iedere Wajonger in zijn onderbroek voor de keuringsarts te laten verschijnen."

   ▸ "Wie is die gewone, normale Nederlander dan?", wilde SP-leider Roemer weten. "Niet iemand met een bijstandsuitkering, die er op achteruitgaat. Of de Wajonger (jonggehandicapte), die gekort wordt op zijn uitkering." Rutte houdt vol dat ook mensen met een uitkering er geld bij krijgen. Hij vindt iedereen die een positieve bijdrage wil leveren aan het land een gewone Nederlander.

Synoniemen

• Wajongere, Wajonggerechtigde, jongehandicapte

Gangbaarheid

• Het woord 'Wajonger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.