EHBO-diploma

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

EHBO-diploma
Uitspraak
Woordafbreking
  • EHBO-di·plo·ma
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord EHBO-diploma EHBO-diploma's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het EHBO-diplomao

  1. (medisch) bewijs dat men met goed gevolg een EHBO-cursus heeft gevolgd
     Vooral mensen zonder EHBO-kennis durven minder goed te helpen, aldus het onderzoek. Zo zou slechts 35 procent van de mensen zonder EHBO-diploma een defibrillator (AED) gebruiken. Onder mensen met een EHBO-diploma is dit ruim acht op de tien.[1]
     Ook het kunnen lokaliseren van brandveiligheidsrisico’s, goede communicatievaardigheden en een EHBO-diploma zijn belangrijk om te hebben voor de positie. Daarbij is kennis van IT nodig. Daarvoor in ruil kan je wel werken in een van ’s werelds meest iconische gebouwen, en krijg je toegang tot een reeks catering- en recreatiefaciliteiten.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Helft bevolking durft niet te helpen door gebrek aan EHBO-kennis” (3 december 2020), Reformatorisch Dagblad
  2. Bronlink Weblink bron “Queen zoekt nieuwe beveiliger voor Buckingham Palace” (08 aug. 2019), De Telegraaf