zapateabas

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
zapatear

zapateabas

  1. tweede persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van zapatear
vervoeging van
zapatearse

zapateabas

  1. tweede persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van zapatearse