wegpikt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- weg·pikt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
wegpikken |
wegpikt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegpikken
- ... dat jij wegpikt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegpikken
- ... dat hij wegpikt.
Gangbaarheid
- Het woord wegpikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.