Naar inhoud springen

voortzette

Uit WikiWoordenboek
Versie door HydrizBot (overleg | bijdragen) op 2 mei 2017 om 19:37 (Robot: opschonen van oude interwikilinks)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • voort·zet·te
vervoeging van
voortzetten

voortzette

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voortzetten
    • ... dat ik voortzette. 
    • ... dat jij voortzette. 
    • ... dat hij, zij, het voortzette. 
  2. (in een bijzin) aanvoegende wijs van voortzetten