verzaadden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verzaadden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·zaad·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verzaden |
verzaadden
- meervoud verleden tijd van verzaden
- Wij verzaadden.
- Jullie verzaadden.
- Zij verzaadden.
- Wij verzaadden.
Gangbaarheid
- Het woord verzaadden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.