verwerkelijk
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·wer·ke·lijk
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verwerkelijken |
verwerkelijk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwerkelijken
- Ik verwerkelijk.
- gebiedende wijs van verwerkelijken
- Verwerkelijk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwerkelijken
- Verwerkelijk je?
Gangbaarheid
- Het woord verwerkelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.