veropenbaarden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·open·baar·den

Werkwoord

vervoeging van
veropenbaren

veropenbaarden

  1. meervoud verleden tijd van veropenbaren
    • Wij veropenbaarden. 
    • Jullie veropenbaarden. 
    • Zij veropenbaarden.