verkondschapte
Uiterlijk
- ver·kond·schap·te
vervoeging van |
---|
verkondschappen |
verkondschapte
- enkelvoud verleden tijd van verkondschappen
- Ik verkondschapte.
- Jij verkondschapte.
- Hij, zij, het verkondschapte.
- Ik verkondschapte.
- verbogen vorm van verkondschapt, voltooid deelwoord van verkondschappen