verboemelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verboemelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·boe·mel·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verboemelen |
verboemelde
- enkelvoud verleden tijd van verboemelen
- Ik verboemelde.
- Jij verboemelde.
- Hij, zij, het verboemelde.
- Ik verboemelde.
- verbogen vorm van verboemeld, voltooid deelwoord van verboemelen