universalia
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: universalia (hulp, bestand)
Woordafbreking
- uni·ver·sa·lia
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘algemene begrippen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1847 [1]
Zelfstandig naamwoord
de universalia mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord universale [2]
Gangbaarheid
- Het woord universalia staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.