tussenuren

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  tussenuren    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• tus·sen·uren

Zelfstandig naamwoord

de tussenuren mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tussenuur

   ▸ Maar het was één grote chaos. Ik ging naar de schoolbibliotheek en las kranten in de tussenuren om het te begrijpen.