Naar inhoud springen

tris

Uit WikiWoordenboek
  • tris
vervoeging van
trissen

tris

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trissen
    • Ik tris. 
  2. gebiedende wijs van trissen
    • Tris! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van trissen
    • Tris je?